De vijf Eco-waarden bevatten inhoudelijke informatie die richting geeft bij het maken van ecologisch waardevolle keuzes. Maar ze bieden geen meetbaar kader. Een Eco-waarde zegt bijvoorbeeld niets over de hoeveelheid aan materialen of technieken die ingezet moeten worden om tot een afdoende ecologisch resultaat te komen. Om dit meetbaar te maken werd er een waarde-indicator ontwikkeld, de Biotoopcoëfficiënt.
De Biotoopcoëfficiënt is een eenvoudige waarde-indicator om het ecologisch potentieel op het perceel te beoordelen. De Biotoopcoëfficient is de relatie tussen de ecologisch nuttige oppervlakte en de totale perceeloppervlakte.
Biotoopcoëfficiënt = Ecologisch nuttige oppervlakte / Oppervlakte van het perceel
De aanbevolen norm
De Biotoopcoëfficiënt houdt rekening met bestemming, bebouwingsdichtheid en met bestaande woningen of nieuwbouw.
Bestemming |
Grondinneming |
Aanbevolen Biotoopcoëfficiënt |
Bestaande woning (of renovatie) |
tot 0.37 |
0.60 |
Bestaande woning (of renovatie) |
van 0.38 tot 0.49 |
0.45 |
Bestaande woning (of renovatie) |
meer dan 0.50 |
0.30 |
Nieuwbouw woning |
tot 0.37 |
0.60 |
Nieuwbouw woning |
van 0.38 tot 0.49 |
0.60 |
Nieuwbouw woning |
meer dan 0.50 |
0.60 |
Winkels, kantoren, openbare besturen |
|
0.30 |
Industrie of gemengd |
|
0.30 |
De coëfficiënt voor grondinneming wordt op de volgende manier berekend:
Coëfficiënt grondinneming = Grondinneming (oppervlakte in m2) van het gebouw en de verhardingen / Oppervlakte van het perceel